Anneke viel al als jong meisje op door haar spontaan ontwikkeld teken- en schildertalent. Op de Vrije Academie te Heerlen manifesteerden zich onder leiding van o.a. Appie Drielsma ook haar vaardigheden in de ruimtelijke vormgeving en het portretteren. Al snel maakte zij de overstap naar een professionele opleiding aan de Stadsacademie te Maastricht, waar zij in 1971 onder Piet Killaars afstudeerde in de afdeling Plastische Vormgeving. Bij haar ontwikkeling als kunstenares was zij ook jarenlang docent aan de Vrije Academie Oostelijke Mijnstreek.
Was zij aanvankelijk vooral gericht op constructieve monumentale vormgeving, later is zij zich meer gaan richten op kleiplastiek en pottenbakken. Opvallend in haar keramisch werk zijn de eigenzinnige variaties op de vaas-, schaal- en pot-vorm, strakke architectuur en organische en lichamelijk geïnspireerde vormen.
Op oudere leeftijd is zij weer teruggekeerd naar haar jeugdliefde: tekenen en schilderen. Daarbij is de fascinatie voor de oervorm van het vrouwelijk lichaam een constante factor gebleven. Onder vermijding van overbodige details zoekt zij naar de uitdrukking van de essentie van volume, houding en gebaar. Door de wijze waarop Anneke kleur, lijnvoering en accentuering inzet in de weergave van realistische thema’s (meestal vrouwenfiguren) balanceren deze uiteindelijk op de grens van figuratie.
[layerslider id=”2″]